In de begroting wordt met verschillende (rente)percentages gewerkt. Deze percentages zijn berekend op basis van de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). De percentages hangen samen met het renteoverzicht .
We hebben met de verkoopopbrengst van Eneco een herstructurering van de rente op langlopende leningen van de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) gerealiseerd. Op het grootste deel van de leningen is de rente verlaagd naar 0,00% tot 0,09%, waardoor er feitelijk nagenoeg geen rentelast meer op deze leningen zit.
De omslagrente was voor de verkoop van Eneco 3,0%. Ook na de verkoop van Eneco en bovengenoemde herstructurering blijft dit zo. Er zijn twee grote rente effecten die elkaar compenseren. Enerzijds daalt de omslagrente door de verlaagde rentelast als gevolg van bovengenoemde herstructurering. Anderzijds neemt de omslagrente toe door het volgende. De gemeente Dordrecht werkt in de omslagrente met "bespaarde rente op het eigen vermogen". Voor 2021 is deze bespaarde rente 2,29%. Doordat we een kasoverschot (overliquiditeit) hebben waar geen rentebaten (0,0%) op worden gerealiseerd, ontstaat een rekenkundig "negatief financieringsresultaat", dat wordt toegerekend aan de vaste activa.
In de meerjarenbegroting neemt het kassaldo af, omdat de overliquiditeit nodig is om de komende jaren lopende leningen af te lossen. Daarnaast zal aanwending van de gevormde reserves Agenda Dordt 2030 inzet van kasgeld tot gevolg hebben. Dit zorgt ervoor dat de omslagrente weer afneemt. Hier staat tegenover dat enkele zeer langlopende leningen met percentages van 3,2% tot 4,6% de omslagrente weer omhoog trekken. Wij verwachten daarom de komende jaren een stabiel blijvende omslagrente van 3,0%. Deze rente wordt toegerekend aan de verschillende begrotingsproducten en zit daarmee ook verwerkt in de bijbehorende tarieven (bijvoorbeeld parkeren en rioolheffing).
Omdat het toerekenen van rentekosten over het eigen vermogen bij grondexploitaties niet is toegestaan is daar wel sprake van een fors lagere rentevoet (van 1,4% naar 0,7%). Enerzijds komt dit doordat de gemiddelde rente op lang vreemd vermogen is gedaald (door de herstructurering BNG leningen), anderzijds doordat het eigen vermogen fors is toegenomen door de verkoop van Eneco (stille reserve is zichtbaar geworden op de balans). Op grondexploitaties moet de werkelijke rente naar rato van EV/VV worden toegerekend. De jaarlijks toe te rekenen rente neemt af van zo'n € 1,5 per jaar naar € 0,5 miljoen per jaar. Dit heeft een nadelig exploitatie-effect (van € 1 miljoen per jaar), maar leidt wel op termijn tot hogere winsten (of lagere verliezen) op de grondexploitaties.
Rekenpercentages | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|
Verwachte rente grondexploitaties (2 decimalen exact o.b.v. geprognosticeerde balans) | 0,74% | 0,70% | 0,70% | 0,70% |
Begrote rente grondexploitaties (lasten programma ruimtelijke ordening) | 0,70% | 0,70% | 0,70% | 0,70% |
Maximaal rentepercentage bespaarde rente EV (=werkelijke rente/schulden) | 2,29% | 2,39% | 2,49% | 2,58% |
Omslagrente onafgerond (toe te rekenen aan boekwaarde activa integraal gefinancierd) | 3,12% | 3,07% | 3,19% | 3,28% |
Afgerond op 0,5% | 3,00% | 3,00% | 3,00% | 3,00% |